Veel mensen kennen Val Thorens, het hoogste skidorp van Les Trois Vallées, maar wie een stukje lager afdaalt, komt terecht in Les Menuires. En dat blijkt een verborgen parel. Terwijl ik, Vanessa, mijn ski’s onderbind, kijk ik uit over 500 kilometer aan perfect geprepareerde pistes. Hier stap je vanuit je accommodatie zó de sneeuw in. Geen gedoe met auto’s of bussen: alles is bereikbaar op ski’s of gewoon te voet. In dit artikel vertel ik je meer over mijn ervaring!
Ontdek de leukste reisaanbieders voor een wintersport naar Les Menuires
Het dorp strekt zich uit over verschillende niveaus, maar alles is slim met elkaar verbonden. Trappenhuizen, liften en voetpaden zorgen ervoor dat ik in no-time van de ene kant van het dorp naar de andere wandel. Het voelt logisch, toegankelijk, alsof het dorp met de skiër in gedachten is ontworpen.
Op het centrale plein draait alles om wintersport. De piste komt hier pal uit en olympische lampen branden permanent, wat het plein een sportieve sfeer geeft. Deze piste is trouwens geen kleintje: hij werd gebruikt tijdens de Olympische Spelen van Albertville. Tijdens mijn verblijf zie ik zelfs professionele skiërs trainen. Ik blijf even staan, adem de frisse berglucht in en voel me klein… en eerlijk gezegd een beetje langzaam, al dacht ik dat ik best goed was op de latten.
Geen dorp maar een skiresort
De gebouwen in Les Menuires verraden hun oorsprong uit de jaren zestig en zeventig. Geen charmante houten chalets, maar praktische blokken. Niet per se mooi, wel doeltreffend. De visie was helder: zoveel mogelijk mensen, zo snel mogelijk op de piste. En dat is gelukt. Vanuit elk hotel of appartement ski je zó weg. Het enorme appartementencomplex aan het plein noemen de locals liefkozend ‘het schip’ en ja, het lijkt ook écht op een cruiseschip. Blijkbaar zitten daar binnenin verrassend ruime en luxe appartementen, vooral in het bezit van Fransen die hier hun winters toevlucht zoeken.
Wat ik bijzonder vind: in het hele gebied zijn er maar liefst 26 échte dorpen waar locals wonen. Les Menuires, Val Thorens en Méribel zijn in hun ogen dan ook geen dorpen, maar skiresorts. Het zijn seizoensbestemmingen, waar vooral mensen werken die van november tot april de boel draaiende houden. Perfect als je puur voor het skiën komt.
Ook even lachen op de Bob
Toch proef ik hier en daar ook authenticiteit, vooral in de restaurants waar de locals zelf eten. Ja, op het centrale plein vind je toeristische terrassen, ideaal voor een drankje na een dag op de piste of een wilde rit op de Roc’n Bob.
De Roc’n Bob is een rodelbaan die begint én eindigt op het plein. We lachen wat af terwijl we op plastic sleetjes naar beneden zoeven. Persoonlijk geef ik de voorkeur aan zo’n ouderwetse houten slee, maar lol hebben we zeker. Een helm is verplicht en dat blijkt geen overbodige luxe, want ik lig een paar keer languit in de sneeuw. Mijn tip? Houd je voeten buitenboord. Dat helpt echt met sturen en remmen. Na een paar ritten krijg ik de slag te pakken, en durf ik mijn voeten voorzichtig in de slee te houden. Een klein overwinningsmoment.
Overnachten in Les Menuires
Ons hotel heeft net als de meeste plekken, zo’n fijne plek aan de piste. Het Alpeen Hotel ligt een ‘laag’ onder het centrale plein, dus de straat over, de lift in en je bent op het centrale plein. Daar waar winkels en restaurants zijn, heel handig ook om naar de Roc’n Bob te lopen.
Onderin het hotel is een skiverhuur én een deur naar de piste, dus dat is echt perfect! We doen er in deze winkel de schoenen aan, pakken de ski’s en lopen zo de piste op. Hoe fijn is dat, onder ons hotel is een makkelijke piste. Handig voor ieder niveau! Vanuit het centrale plein heb je het begin van deze piste, dus je kunt ook zo weer terugkomen. Natuurlijk wel even goed kijken op het pisteplan.
Het hotel is vrij modern en lijkt gerenoveerd, want het is helemaal hip en gezellig ingericht. De kamers zijn prima voor twee personen. Als je wilt, kun je met vier personen op een kamer. Zelf zou ik dat wat druk vinden, maar het kan als je voordeliger uit wilt zijn. Twee kleine kinderen misschien.
Het ontbijt, wat natuurlijk ook altijd heel belangrijk is, is goed. Een prima buffet vanaf 7 uur. ’s Middags verandert de ontbijtruimte in een restaurant. Dus als je voor het gemak, na een dag skiën, alleen maar naar beneden wilt lopen, dan kun je daar genieten van het diner.
Hier lees je meer over het Alpeen Hotel
Mijn restauranttips in Les Menuires:
–Chez Pépé Nicolas: Authentiek en puur. In de zomer lopen hier geiten en koeien rond, en wordt er verse melk gebruikt. In de winter kweken ze forellen in eigen vijvers – die probeer ik natuurlijk. Alles smaakt vers en zelfgemaakt. Ze hebben zelfs een eigen groentetuin. Je proeft de liefde in elke hap. Hiervoor heb je wel een keertje je auto nodig.
– Là-Haut: Hier draait alles om kwaliteit. Aan de tafel naast ons zie ik hoe een gigantische côte de boeuf boven open vuur gegrild wordt. Dat móet ik ook proberen (gelukkig heb ik hulp bij het opeten). Dit is Frankrijk op z’n best: goed vlees, verse ingrediënten en gepassioneerde koks. Na afloop krijgen we een huisgestookt drankje aangeboden, maar dat slaan we af – morgen staat er weer een actieve dag op de planning.
Les Menuires blijkt meer dan alleen een doorgangsplek richting Val Thorens. Het is een resort met karakter, slimme voorzieningen, en genoeg charme voor wie verder kijkt dan de façade.
Ontdek de leukste reisaanbieders voor een wintersport naar Les Menuires